‘We wisten begin deze eeuw al dat ULO werkt’
We zijn ons met z’n allen steeds bewuster van wat we uitstoten en achterlaten bij de productie, maar ook bij de teelt van onze producten. Er is steeds meer wet- en regelgeving als het gaat om het gebruiken van bijvoorbeeld pesticiden in de land- en tuinbouwsector. Een uitdaging, want daarmee rukken plagen op. De tulpengalmijt is er daar één van. Gelukkig is de bestrijding niet zo heel ingewikkeld. Loek en Aad Kraakman ontdekten dit zelfs al in de beginjaren ‘90!
Oplossingen voor grote problemen zijn soms makkelijker dan gedacht. Als we ze maar willen zien! Aad Kraakman van Koelhuis WFO: ‘In de land- en tuinbouw is ongedierte een vertrouwd fenomeen. Daar zijn meestal wel middeltjes voor, maar die mogen telers en kwekers niet zomaar meer gebruiken. Daardoor verdwijnen middelen nog vóór er een biologische oplossing gevonden is die afdoende werkt. Dat zie je in iedere sector, ook bij ons in de tulpen. In de bollensector zijn de tulpengalmijt en de bollenmijt de grootste onruststokers. De galmijten tasten de bol aan, waardoor de bloem een gevlamde kleur krijgt. Een soort Rembrandt tulpen, maar dan zonder dat dat de bedoeling is. De bollen verkleuren en als het heel erg is gaan ze zelfs niet meer wortelen. Dat is een enorme schadepost voor de teler en broeier.’
Eenvoudige oplossing
‘We doen al 40 jaar ULO-bewaring, wat staat voor Ultra Low Oxygen. Hierdoor kun je groenten, fruit, bloembollen en bloemen langer bewaren, zonder dat de kwaliteit achteruit gaat. Mijn vader en ik ontdekten al in 1990 dat in een ULO-cel met fruit in de hoeken bij de deur ongedierte lag. Beestjes gaan dood door het gebrek aan zuurstof en het hoge CO2-niveau. We dachten toen: misschien gaan die bollenmijten en tulpengalmijten dan ook wel dood. Vervolgens zijn we proeven gaan doen met bollen. We zijn een praktijkbedrijf, dus we kunnen proeven uitvoeren met besmette bollen, maar de beoordeling van de monsters hebben we destijds bij LBO in Lisse laten doen. In 1999, 2000 en in 2001 was de uitslag: volledige doding. Al sinds het begin van de 21e eeuw weten we dus al: de tulpengalmijt en de bollenmijt gaan dood wanneer je de bollen in een ULO-cel bewaart. In die tijd waren echter nog volop andere middelen verkrijgbaar voor op het land of in de cel, dus was er geen vraag naar de methode.’
Milieuvriendelijk én effectief
Inmiddels is de situatie anders. De mijten rukken op en veroorzaken steeds meer problemen. ‘We zien dat allerlei partijen het wiel opnieuw aan het uitvinden zijn, terwijl er allang een verantwoorde methode is. Inmiddels voeren we voor de tulpenafbroei de ULO behandeling al jaren uit voor een aantal kwekers in de regio. Deze methode kan natuurlijk veel breder worden uitgevoerd. Het vraagt een andere denkwijze, ook als het gaat om logistiek en processen. Voor nu is het echter het enige alternatief én milieuvriendelijk. Het is een goede noodoplossing en het werkt altijd. In de bedrijfsvoering kun je ook proberen ongedierte te voorkomen. Dat begint altijd met hygiëne. Alles draait om schoon omgaan met je product en processen. Schoonmaken, fusten desinfecteren, opletten wat je mee naar binnen neemt. Het is een andere mindset, maar de oplossing is binnen handbereik.’